Prijsplafond en zonnepanelen

Het prijsplafond geldt van 1 januari tot en met 31 december 2023, maar veel huishoudens krijgen hun jaarlijkse energierekening in de loop van het jaar en niet exact op 1 januari. Daarom is het maximale verbruik bij het prijsplafond voor stroom, 2.900 kWh verdeeld in 2 delen. 1 deel voor de periode tot de jaarlijkse energierekening en 1 deel voor de periode na de jaarlijkse energierekening. Maar er zit ook een addertje onder het gras bij het prijsplafond en zonnepanelen.

Welk deel van het maximale verbruik geldt vóór de rekening en welk deel erna, verschilt daarom ook. Daarbij moet rekening worden gehouden met de maximaal te verbruiken energie per maand volgens onderstaande tabel. Energieleveranciers geven als het goed is hun klanten informatie over hoeveel energie zij nog kunnen gebruiken voor het tarief van het prijsplafond. 

Maand Elektriciteit (kWh)
Januari 339
Februari 280
Maart 267
April 207
Mei 181
Juni 159
Juli 161
Augustus 176
September 199
Oktober 266
November 306
December 356
Totaal 2.900

Rekenvoorbeeld verdeling maximaal verbruik

Stel je krijgt op 13 april de jaarlijkse energierekening. Van 1 januari tot en met 12 april mag je dan 976 kWh stroom gebruiken tegen de maximale tarieven van het prijsplafond. Gebruik je meer? Dan betalen je het tarief uit je energiecontract. 

Van 13 april tot en met 31 december mag je nog 1.924 kWh stroom gebruiken tegen de maximale tarieven van het prijsplafond. Het maakt niet uit hoe hoog je verbruik was voordat je op 13 april de jaarlijkse energierekening kreeg. In totaal mag je door deze verdeling in 2023 2.900 kWh stroom gebruiken tegen het maximale tarief van het prijsplafond (€ 0,40 per kWh).

Bron: Rijksoverhied.nl

Het prijsplafond geldt overigens alleen voor kleinverbruikers. Onder kleinverbruikers valt iedereen met een energieaansluiting van maximaal 3 x 80 Ampère. Bijvoorbeeld huishoudens, zzp’ers, kleine bedrijven en verenigingen. Het gebouw met de aansluiting moet wel bedoeld zijn om in te wonen of te werken. Bijvoorbeeld een woning, kantoor of café. Het prijsplafond geldt bijvoorbeeld niet voor een garagebox met een aparte aansluiting en eigen energiecontract.

Addertje onder het gras

Het ‘verbruikstegoed’ kan meegenomen worden als in een kalendermaand minder (of meer) verbruikt wordt dan de norm van het plafond voor die maand. Dus verbruik je in januari 300 kWh dan mag je volgens de tabel 39 kWh meenemen om in een volgende maand te gebruiken. Andersom geldt dit ook dus wanneer je in januari 350 kWh gebruikt en de maand daarop 11 kWh minder dan de norm voor die maand dan compenseer je daarmee de vorige maand waarin je te veel hebt verbruikt. 

Er zit echter een belangrijk addertje onder het gras: je kunt deze tegoeden alleen meenemen tot het moment dat je de jaarafrekening krijgt. Of de eindafrekening wanneer je overstapt naar een andere energieleverancier. Na die jaar- of eindafrekening kun je het ‘tegoed’ niet meer meenemen. Dus wanneer je bijvoorbeeld in de periode 1 januari tot en met 13 april meer stroom hebt opgewekt dan verbruikt dan kun je dat overschot niet meenemen naar de resterende maanden van het kalenderjaar.

Overschot uit 2022 kwijt

Het tweede addertje onder het gras heeft betrekking op de salderingsregeling voor kleinverbruikers. In de conceptversie van de subsidieregeling bekostiging plafond energietarieven kleinverbruikers 2023 (CEK23) zegt minister Jetten hierover het volgende:

‘Het volume elektriciteitsverbruik dat onder het prijsplafond valt, wordt berekend na saldering. Dit betekent dat huishoudens die zelf zonnepanelen hebben waarmee zij elektriciteit opwekken en invoeden in het net en waardoor zij mogen salderen, alleen voor de afgenomen elektriciteit van het net na saldering onder het prijsplafond vallen. De jaarrekening en de bijbehorende factuur beslaan niet altijd de periode van 1 januari tot en met 31 december, maar kunnen bijvoorbeeld ook een andere periode zoals van 1 april in het voorafgaande jaar tot 31 maart in het volgende jaar beslaan. Dat is afhankelijk van de datum waarop het contract met de leverancier in werking is getreden. Benadrukt wordt dat het prijsplafond echter alleen geldt tijdens het jaar 2023. Voor het bepalen van de netto-afname van elektriciteit die in aanmerking komt voor de toepassing van het prijsplafond in 2023, wordt dus alleen rekening gehouden met de volumes van afname en invoeding van elektriciteit vanaf 1 januari 2023 en tot en met 31 december 2023, en niet met de invoeding en afname van elektriciteit in 2022 of 2024. Het prijsplafond is van toepassing op de eventuele netto afname van elektriciteit in 2023 tot de volumegrens van deze regeling.’

Het prijsplafond geldt dus specifiek voor het kalenderjaar 2023. Wanneer je bijvoorbeeld je jaarafrekening in april 2023 krijgt en dacht een overschot aan stroom uit de zomermaanden van 2022 mee te kunnen nemen naar 2023, komt bedrogen uit. De terugleverteller voor salderen staat per 1 januari 2023 op nul. Daarnaast mag een overschot uit 2023 ook niet meegenomen worden naar 2024, ook al valt de jaarrekening in dit voorbeeld in april 2024.

Plaats een reactie

ONTVANG OOK ONZE NIEUWSBRIEF